Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

Gepubliceerd op 14-11-2019

puis, puister(t)

betekenis & definitie

Vroeger was het gewoonte te zweren bij allerlei lichaamskwalen en ziektes. Men riep deze over zich af als men de waarheid niet sprak.

S. van Rusting gebruikt in zijn werken de bastaardvloeken wat puister; wat puistert; o puis. Nemen wij aan dat het om een ziekte gaat, dan is ‘etterbuil’ ons uitgangspunt. De oorsprong van dat woord is onbekend.

Misschien is er verband met puis, dat dienstdoet als een uiting van schrik of verontwaardiging en dan dezelfde functie heeft als o jee!; wel, heremijntijd! Overigens fungeert puis ook in uitingen van enthousiasme of is het vergoelijkend en sussend. zie pot.