(trad uit, uitgetreden) in België ook: zijn ambt neerleggen, aftreden
- uittredend minister, aftredend minster.
Mathias Reichhold, uittredend minister van Transport, wordt op de partijdag van de rechts-populistische FPÖ verkozen tot nieuwe partijleider.- Knack, 25-09-2002.
- het uittredend kabinet, het demissionair kabinet, dat ontslag genomen heeft en blijft regeren tot er een nieuw kabinet is.
- uittredend kampioen, ex-kampioen.
Iets verderop in Wijnegem moest uittredend kampioen en titelkandidaat Sloep verrassend de duimen leggen bij het supergemotiveerde en sterk spelende Geel Zwart. - GvA, 16-10-2002.