Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

spijzen

betekenis & definitie

(spijsde, gespijsd) - de kas spijzen, de kas spekken, van de nodige geldmiddelen voorzien.

‘Op die manier komen we ondermeer tegemoet aan de vele socio-culturele verenigingen die hun kas spijzen met de verspreiding van programmaboekjes waarin nogal wat advertenties van plaatselijke middenstanders zijn opgenomen’, zegt schepen van Financiën René xxx. - HN, 06-02-2003.

De verkoop van de cd moet de kas van de vereniging spijzen. Er zijn 1.500 exemplaren geperst. - LN, 06-11-2002.

- een blad/vereniging spijzen, financieren, subsidiëren.