Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

pot

betekenis & definitie

- het potje gedekt houden, ergens niet meer over praten, erover zwijgen.

We wilden daar afspreken, hoe we daar mee moesten omgaan. Want het gonsde van geruchten. De enen wilden open kaart spelen, de anderen het potje gedekt houden. - HN, 27-02-2003.

- rond de pot draaien, om de zaak heen praten, de kern van de zaak ontwijken.

‘Niet verbloemen, niet rond de pot draaien: gewoon zeggen waar het op staat, hoe erg het ook is’, zucht Steven. - Flair, 13-08-2002.

- tussen pot en pint, bij een biertje of gemoedelijk, losjesweg.

Depressie daarentegen is zwakte, is afgaan. Maar als je met managers praat tussen pot en pint, dan komt bij de derde pint bij velen naar boven dat ze ook soms aan hun zelfbeeld twijfelen. - Trends, 06-06-2002 ‘Toen onze sponsor ons enkele maanden geleden tussen pot en pint beloofde dat hij Raymond Ceulemans naar ons stamlokaal zou uitnodigen, dachten we dat hij een grapje maakte’, zegt xxx, secretaris van de biljartclub ‘De Sterrestoters’. - LN, 17-02-2003.

- ergens niet veel potten gebroken hebben, niet veel gepresteerd hebben.

Interbrewzal de komende jaren in China niet veel potten breken. De marges zijn laag en de markt sterk versnipperd. - FET, 14-06-2002.

- veel potten breken over, diep ingaan op, veel woorden vuilmaken aan.
- de gebroken potten betalen, het gelag betalen, de schade vergoeden.

Ledegem nam weerwraak voor de nederlaag tegen Beveren-Leie en liet Dentergem de gebroken potten betalen. Van de vier Ledegemse doelpunten nam Frenchy Laevens er twee voor zijn rekening. - HN, 02-12-2002.

- met de gebroken potten zitten, met de narigheid, de problemen zitten.

Terwijl de Vlaamse filmmakers met de gebroken potten zitten, wordt het hoogdringend dat ook de overheid zich gaat bezinnen over hoe de lokale film het best wordt gesteund, niet alleen in de productie, maar vooral ook in de distributie, promotie en exploitatie. - Knack, 10-11-1999.

- een pot pakken, een biertje pakken.-

potten pakken, zuipen.

- potten gaan pakken, gaan stappen.

Jensen: ‘Ja, ons. Als Club straks kampioen wordt, dan voel ik me ook een beetje kampioen. En dan gaan we samen potten pakken, hé kameraad?’ - LN, 15-02-2003.

zie kookpot.