Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

afrekenen

betekenis & definitie

een einde maken aan, afhandelen.

De zanger moet echter afrekenen met het protest van allerlei fatsoensrakkers, wat uiteraard een prima gelegenheid is om een televisiereportage te maken over het nieuwe ‘fenomeen’, enzovoort. DM, 16-08-2002.

- met pijn/moeilijkheden enz. af te rekenen hebben, met pijn/moeilijkheden enz. te kampen hebben.