Vinkachtige vogels, Fringillidae, soortenrijke familie der Zangvogels, onderorde der Kegelsnaveligen; de V. zijn herkenbaar aan hun gewoonlijk korten, kegelvormigen snavel, die aan den wortel dik is en alleen bij uitzondering (de uitlandsche geslachten Tanagra en Procnias, die daarom ook wel tot een eigen familie, Tanagridae, vereenigd zijn) aan de spits een kleine inkerying heeft. Bovendien hebben zij in den regel 9 groote slagpennen, terwijl in die gevallen, waar de eerste slagpen aanwezig is, (geslachten Ploceus, Vidua, Amadina) en dus het gewoon getal van 10 slagpennen voorhanden, deze zeer klein is.
Hier te lande broeden: de huismusch (Fringilla domestica), de ringmusch (F. montana), de schildvink of gewone vink (F. coelebs), de groenling (F. chloris), het puttertje of de distelvink (F. carduelis), het sijsje (F. spinus), het kneutje (F. cannabina), de goudvink (Pyrrhula vulgaris), de appelvink (Coccothraustes vulgaris), de grauwe gors (Emberiza miliaria), de geelgors (E. citrinella), de rietgors (E. schoenielus). Slechts op den trek verschijnen: de keep (F. montrifringilla), het fratertje (F. montium), het barmsijsje (F. linaria), de ortolaan (Emberiza hortulana), de sneeuwgors (E. nivalis), de ijsgors (E. lapponica) en de kruisbek (Loxia curvirostra). Het zeer soortenrijke geslacht Fringilla, dat men nog in verscheidene ondergeslachten gesplitst heeft, is overal vertegenwoordigd, behalve in Australië, de Polynesische eilanden en den Oost-Indischen archipel. Hetzelfde geldt van het geslacht Emberiza (zie ald.). Pyrrhula-soorten leven ook op het vasteland van zuidelijk Azië en in Noord- en Zuid-Amerika. Een dergelijke verspreiding heeft het geslacht Coccothraustes.
Loxia, merkwaardig doordat de punten van boven- en ondersnavel kruiselings over elkander gebogen zijn, is een geslacht dat beperkt is tot de koude gematigde luchtstreek van het noordelijk halfrond. Het geslacht Ploceus, welker soorten wevers worden geheeten (naar de kunstige wijze, waarop zij van takjes, worteltjes en zeer dunne grashalmen een nest vlechten) en Amadina (zie ald.), vervangen de ware V. in Australië en in den Oost-Indischen archipel.