Gepubliceerd op 14-03-2021

Tienden

betekenis & definitie

onder de israëlietische wetgeving een opbrengst in natura aan vruchten en vee ten behoeve der Levieten geheven. Later heeft ook de christelijke geestelijkheid herhaaldelijk aanspraak op T. gemaakt.

Tegenwoordig wordt onder T. verstaan de last op den eigendom van een onroerend goed drukkende, tengevolge waarvan de eigenaar of die voor hem bezit, verplicht is een zeker evenredig aandeel van de vruchten of andere voortbrengselen uit te keeren aan den rechthebbende. Dit z.g. tiendrecht schijnt uit het duitsche recht te zijn ontstaan en afkomstig te zijn van het leenstelsel. Voor ons recht zie men artt. 784—802 B. W. en de wet van 12 April 1872 (St.bl. 25) tot afkoopbaarstelling der T. Thans aangevuld door een nieuw ontwerp dat aan het bestaan van alle tienden hier te lande een einde maakt.