(receipt, reçu, recepis) voorloopig bewijs van ontvangst van geld of goederen, door den ontvanger of dengeen, die namens hem ontvangt, afgegeven ter inwisseling tegen, resp. ter verkrijging van het document, dat het recht op het overgenomene, en meestal de voornaamste daarop betrekking hebbende voorwaarden, constateert.
Bij het inladen in schepen toekent de stuurman het receipt, dat ingeruild wordt tegen het door den kapitein of cargadoor geteekende cognossement; op gelijksoortige wijze worden gewoonlijk de ceêlen van opslag in entrepot, de „aan toonder” gestelde effecten, etc., verkrijgbaar gesteld. Zie ook Récépissé.