van electrische elementen en andere stroombronnen noemt men een zoodanige onderlinge verbinding, dat daardoor niet de spanning doch wel de stroomsterkte toeneemt, en wel recht evenredig met het aantal verbonden stroombronnen. Op dezelfde manier zal men bijv. door het naast elkaar opstellen van eenige pompen niet de opvoerhoogte van het water (hier de spanning) doch wel de hoeveelheid opgevoerd water (hier de stroomsterkte) kunnen doen toenemen.
Natuurlijk kunnen niet alleen bronnen van electriciteit doch ook stroomontvangers, bijv. lampen, parallel geschakeld worden. Worden er 3 lampen parallel geschakeld, dan ontvangt iedere lamp 1/i van den totalen stroom, terwijl de spanning van dezen stroom door deze schakeling niet vermindert.
