Gepubliceerd op 28-02-2021

Ooievaar

betekenis & definitie

(Ciconia aïba L.), of witte ooievaar, is grooter en zwaarder dan onze gewone, blauwe reiger. Bij het vliegen is de O. gemakkelijk van den reiger te onderscheiden, doordien de laatste den hals S-vormig gekromd houdt, terwijl de 0. dien rechtuit steekt; tevens is goed te zien dat de uiteinden der vleugels bij den O. uitgerafeld schijnen, daarentegen bij den reiger afgerond zonder franjes.

Ge O. heeft vermiljoenroode pooten en bek; zijn vederkleed is zuiver wit, met alleen zwarte slagpennen en zwarte vleugeldekveeren. Als trekvogel, is hij slechts een gedeelte van ’t jaar in ons land, Pebr.-Maart tot in Aug. (vandaar het latijnsche versje: ,.Ad Cathedram veniunt, redeunt ad Vincula Petri”, zij komen met Petrus’ Stoel, 22 Febr., en keeren met Petrus’ banden, 1 Aug.), waarbij het komen meer bij afzonderlijke exemplaren, het vertrekken meer troepsgewijze, ten minste in de zuidelijkere streken van ons land, schijnt te geschieden. De ooievaars keeren jaren achtereen met hetzelfde paar naar het oude nest terug, hetwelk telken jare vergroot en bjjgewerkt wordt, zoodat het ten laatste karrenvol rijshout bevat, waartusschen b.v. musschen vreedzaam nestelen. Het voedsel van den O. is wat het lage, waterachtige of moerassige land oplevert: vooral kikkers, vischjes, hagedissen, slakken, wormen, maar ook veldmuizen, waterratten, zelfs soms jonge vogeltjes. Voor den landbouw is het een zeer nuttig dier. De landen waar de O. onzen wintertijd overbrengt, zijn in Afrika tot het midden toe; soms zelfs komt hij, als verdwaald, tot aan de Kaap de Goede Hoop.De zwarte 0. (O. nigra) is een zeer na verwant geslacht, dat wel in ons werelddeel geregeld voorkomt, maar in het westelijke gedeelte voorbij Oldenburg, en dus ook bij ons te lande, slechts als verdwaald. Hij is een weinig kleiner dan onze witte 0., en zijne bruinzwarte kleur met metaalglans doet hem gemakkelijk kennen. In gewoonten en levenswijze gelijkt hij op onze witte -soort.

< >