engelsch dichter en schrijver, geb. 10 of 17 Nov. 1723 te Pallas, zoon van een onbemiddeld plattelandsgeestelijke, werd door een bloedverwant in staat gesteld te Dubl'n in de godgeleerdheid te studeeren, doch ging na een vergeefsche poging om een plaats als geestelijke te verkrijgen in 1752 naar Edinburg, om zich aan de hoogeschool aldaar tot arts te bekwamen; lust tot reizen dreef hem van hier naar Leiden, waar hij zich een jaar met schei- en ontleedkunde bez:ghield; hoewel geheel van middelen ontbloot, zwierf hij daarop eenigen tijd door Vlaanderen, Frankrijk, Duitschland en Zwitserland, won voornamelijk met fluitspelen zijn onderhoud, en begon in laatstgenoemd land ook zijn later zoo beroemd geworden dichtwerk The Traveller; van hier ging hij naar Italië; hij zou te Padua doctor in de medicijnen geworden zijn; in 1756 keerde hij naar Engeland terug, werd bediende bij een apotheker, beproefde zich te Londen als arts te vestigen, echter zonder gevolg, stond eenigen tijd in connectie met Griffith, uitgever van de ,,Monthley Review7”, en wijdde zich ten slotte, nadat zijn Enquiry into the present state of polite learning in Europe (Lond. 1759) gunstig ontvangen was, geheel aan de letteren, waarin hij in het vervolg grooten roem verwierf; evenwel mocht het hem niet gelukken zich een onbezorgde positie te verzekeren. G. was een man van een kinderlijk-beminnelijk karakter; behalve een tamelijk onschuldige ijdelheid was zijn grootste gebrek een zekere geniale lichtzinnigheid, die hem herhaaldelijk in ongelegenheden bracht.
Hij overl. 4 April 1774 te Londen. In 1762 gaf hij zijn chineesche brieven in het licht, onder den titel: The Citizen of the world (2 dln., nieuwste uitgave bewerkt door Dobson, Lond. 1891), een soort tegenhanger van Montesquieu’s „Lettres persanes”, die terecht groot opzien baarden; hierop volgden: The Traveller (Lond. 1764), Essays (1765), The vicar of Wakefidd (1766, tallooze malen herdrukt, langen tijd een lievelingsboek van de geheele beschaafde wereld), en The deserted village (1770, even vermaard als de „Traveller”); hij schreef ook eenige voortreffelijke blijspelen: The good-natured-man (Lond. 1768) en She stoops to conquer (1773). Van zijn overige werken moeten vermeld: History of England (1771), Roman history (1769), History of Greece (1774); een History of the earth and animated nature (8 dln., 1774); een algemeen woordenboek voor kunsten en wetenschappen bleef onvoltooid. De eerste uitgave zijner Poems and plays verscheen in 1777 te Dublin (nieuwste uitgave van Dobson, Lond. 1891); zijn Poetical and dramatic works verschenen 1780 in 2 dln., zijn Miscellaneous works eerst in 1801, in 4 dln. De beste uitgaven der werken van G. zijn die van Prior (4 dln. 1837), P. Cunningham (4 dln. 1855) en J.
W. M. Gibbs (5 dln. 1886).