naam van een zuid-arabischen volksstam, die in de oudste tijden öf naast öf reeds vóór de Sabaeërs (zie ald.) een machtigen handelsstaat in Zuid-Arabië vormde. Zij werden in ieder geval later door de Sabaeërs, evenals deze sedert de 3de eeuw na Chr. door de Himjarieten, verdrongen.
De mimeesche taal is een zustertaal van het sabeesch; sporen van eerstgenoemde schijnen zich nog ten huidigen dage in de, in enkele streken van. Zuid-Arabië gesproken, dialecten Mehri en Schehri of Chkili (of Hakili) te vertoonen. Zie Himjarieten.