nabootsing, naam door Wallace en andere engelsche natuurvorschers gegeven aan het verschijnsel dat dieren (meest insecten) in voorkomen, kleur, bewegingen, een bedriegelijke gelijkenis vertoonen met dieren waarmee zij niet de minste verwantschap bezitten en daarentegen van hun werkelijke soortgenooten geheel verschillen. M. gaat in den regel gepaard met een in het oog loopend voordeel voor het dier dat nabootst (de copiïst).
Sommige diersoorten bezitten in den onaangenamen geur dien zij verspreiden, in de onsmakelijkheid van hun vleesch, in een giftangel en dergelijke een natuurlijk middel om vijanden op een afstand te houden; zoodanige soorten zijn als het ware de modellen voor andere soorten, die geenerlei afschrikkend middel bezitten, maar op een of andere wijze gelijkenis in kleur of uiterlijk voorkomen met deze van nature beveiligde soorten verkrijgen, het normale voorkomen harer soort geheel verliezen, en zoodoende haar vijanden en zelfs haar soortgenooten van de andere sekse misleiden. M. is een verschijnsel dat vooral in de tropen wordt waargenomen, inzonderheid in Zuid-Amerika en in den Maleischen archipel. De overeenkomst tusschen model en copiïst is op het eerste gezicht soms merkwaardig nauwkeurig; niettemin blijven de kenmerken der soort steeds gemakkelijk te herkennen. Een verklaring van het merkwaardige verschijnsel der M. geeft slechts de darwinistische theorie van de natuurlijke teeltkeus (zie aldaar).
