Matthias gallas

betekenis & definitie

graaf van Campo, hertog van Lucera, keizerlijk generaal in den dertigjarigen oorlog, geb. 16 Sept. 1584 te Trient, vocht eerst in spaanschen dienst in Vlaanderen, daarna in Savoie (1607), trad kort daarop als hoofdman in dienst der katholieke liga, en kreeg bij het uitbreken van den dertigjarigen oorlog het bevel over een regiment voetvolk, in den rang den naam van overste: hij onderscheidde zich bij Stadtlohn, nam in 1630 onder Collalto Mantua in, voerde bij Neurenberg en Lützen den rechtervleugel van het keizerlijk leger aan, dekte daarop Passau tegen Bernhard von Wei mar, en kreeg na Wallenstein’s dood feitelijk het opperbevel over de geheele keizerlijke strijdmacht ; op 6 Sept. 1634 bracht hij door de overwinning bij Nördlingen op Bernhard von Weimar noordwestelijk Duitschland weder in de macht van den keizer; in 1637 bracht hij Banèr en Wrangel in Pommeren tal van kleine nederlagen toe, bezette Usedom en Wolgast, doch moest zich einde 1638 met zijn sterk gedund leger naar Bohemen terugtrekken ; het kommando werd hem nu voor eenigen tijd ontnomen; in 1643 tegen Torstenson uitgezonden, werd hij door deze met zware verliezen Elbe-opwaarts teruggeworpen, waarop het opperbevel hem andermaal ontnomen werd; in 1645 weer in genade aangenomen moest hij zich weldra w'egens ziekte terugtrekken. Hij overl. 25 April 1647 te Weenen. Evenals de meeste legerhoofden zijns tijds bracht hij gedurende zijn soldatenloopbaan ontzaglijke rijkdommen bijeen ; de heerlijkheid Friedland, zijn aandeel in Wallenstein’s nalatenschap, werd door hem belangrijk vergroot, door aankoop van Boheemsche landgoederen enz.; zijn nakomelingen verwierven zich ook bezittingen in Silezië; zijn geslacht stierf in de rechte linie in 1757 uit, waarop zijn erfgenaam, graaf Ciam, den naam Clam-Gallas aannam.