(lat., inlassching) in de handschriftenkunde en de philologische critiek naam voor een vervalsching in den oorspronkelijken tekst door inlassching van enkele woorden, zinnen of passages; zulk een vervalscher wordt interpolator genoemd. Voorts in de wiskunde: het voegen van termen tusschen de termen eener reeks.
Interpoleeren, inlasschen, tusschenvoegen (van woorden in een geschrift of termen in een reeks).