Gepubliceerd op 23-02-2021

Hexameter

betekenis & definitie

(gr.) zesvoetig vers, waarvan iedere voet bestaat uit een dactylus en de zesde met een lettergreep verkort, dus een trochaeus of spondeus is; de eerste vier voeten mogen vervangen worden door spon- deën, de vijfde voet is slechts bij uitzondering een spondeus. De H. is door de Grieken uitgevonden en wordt, omdat hij het eerst in het epos gebruikt werd, ook heroïsch of episch vers genoemd.

De H. werd door Grieken en Romeinen op velerlei wijze gebezigd, vooral voor epische of verhalende gedichten, leerdichten en satiren, met het vijfvoetige vers (pentameter, zie ald.) verbonden voor elegieën, met andere metra voor allerleilyrische gedichten. Hij ging ook in de latijnsche poëzie der middeneeuwen over, doch kreeg hier een bijzonderen vorm wijl het eind van het vers rijmen moest met de vrouwelijke hoofdcesuur (de z.g. leonijnsche H.). Ook in de moderne talen heeft men den H. trachten in te voeren. Reeds in de 16de eeuw trad Annibale Caro met italiaansche, Baïf met fransche hexameters op, doch zonder bijval; niet gelukkiger was de engelschman Abr. Fraunce, die omstreeks 1670 Heliodorus’ Aethiopica in engelsche hexameters vertolkte, noch 'de zweed Stjernhelm, omstreeks den- zelfden tijd, en zijn landgenoot Adlerbeth. In Duitschland werd de eigenlijke H. voor ’t eerst gebruikt door Klopstock (in zijn Messias, 1748), die weldra navolging vond, zooals (vooral) in J.

H. Voss, Göthe, Schiller, A. W. Schlegel, Platen en tal van anderen. Ook in Nederland is de H. herhaaldelijk gebezigd; wij noemen van de grootere werken hier alleen de Homerus vertaling van C. Vosmaer (waarvan Busken Huet spreekt als van een „onnatuurlijke hollandsche versmaat”). Doch de H. belooft in geen der levende talen ooit populair te zullen worden, daar het moderne epos de strofe en het rijm eischt, en de rhythmische kleur van den H. ook in andere versmaten met evenveel succes verkregen kan worden.

< >