Gepubliceerd op 23-02-2021

Herat

betekenis & definitie

1) Landschap in Afghanistan, in het n.o. van het hoogland van Iran, het oude Aria, reikt van den Sefid-Koh (de westelijke voortzetting van het Hindoe-koetsjgebergte) tot aan het gebied van de Hamoen-moerassen in Sistan of Seïstan; ten w. grenst het aan de perzische provincie Chorassan, ten o. en z.o. aan Kandahar. De dalvlakte van de Heriroed (zie ald.) is het beste gedeelte des lands en vormt een vruchtbaren isthmus tusschen onbewoonbare bergmassa’s, steppen en woestijnen.

De zeer gemengde bevolking wordt op 754.000 zielen geschat. In het noorden wonen de Kisel basj, verder de Aimak, een tak der Tadsjik (het eenig overblijfsel der oorspronkelijke bevolking des lands), en de schiïtische Hasara. In het zuiden van de dalvlakte bestaat de bevolking voor het meerendeel uit Tadsjik, verder uit Afghanen, Joden enz.2) Hoofdstad van het landschap H., de eenige belangrijke plaats daarvan, ligt onder 34° 22' N.B. en 62° 3” O.L. van Gr., 640 km. w. van Kaboel, in de vruchtbare dalvlakte van de Heriroed, 6 km. ten noorden van deze rivier, waarover op deze hoogte een brug met 20 bogen is gebouwd. De stad had vroeger 100.000 inw., thans tengevolge van herhaalde veroveringen nog slechts ongev. 45.000. Zij vormt een langwerpig vierkant, omgeven door een aarden wal, waarop nog een steenen muur is opgetrokken en die verder van torens en poorten is voorzien. In het noordelijk deel der stad bevindt zich een vesting, met een 10 meter breede natte gracht. H. heeft donkere onzindelijke straten, een vervallen paleis en een bouwvallige moskee (13de eeuw). De omgeving is bedekt met tuinen, boom- en wijngaarden, korenvelden, groene weiden, boschpartijen en waterbronnen. De Bagh-i-Sjahi, koningstuin, gold eens als een wereldwonder. H. produceert sabelklingen, rozenwater, zijden en wollen stoffen, en voorziet Kerman, Jesd en Ispahan van voortbrengselen van Indië. Men beschouwt de stad als de sleutel van den eenigen weg die uit Perzië door Afghanistan naar Indië leidt.

Naar men wil door Alexander den Groote gesticht kwam H. bij de verovering van Perzië door de arabische kalifs (midden 7de eeuw) gelijktijdig met geheel Chorassan onder de heerschappij der Arabieren. Na allerlei lotgevallen viel de stad in 1381 in handen van Timoer, onder wiens opvolgers zij de zetel der perzische literatuur en wetenschap werd. Te midden van de verwarring na den dood van den timoeride Hussein werd zij vermeesterd door den oesbeke Sjaibeg, die haar verwoestte; deze vorst werd in 1510 door Ismail-Soefi onttroond en daarop bleef H. tot 1749 perzisch; in gen. jaar werd het door de Afghanen veroverd. In de broederoorlogen van de afghanische dynastie der Doerrani was H. het bolwerk van Makmoed, derden zoon van Timoer Schah, die het tot hoofdplaats van een nieuw rijk maakte en er in 1829 stierf. Hierop nam zijn zoon, Kamran Schah de regeering over het door zijn vader gestichte rijk en H. bewaarde zijn onafhankelijkheid tot 1863, in welk jaar de Afghanen het heroverden.