Schrijver, geboren te Parijs, voorjaar 1830; zijn vader, die kort na Hamiltons geboorte het leven verloor, was een Armeniër; zijn moeder, een dochter van admiraal George Collier, vertrok daarop met haar zoon naar Engeland; van 1844—45 studeerde hij te Bonn, trad daarop in Engelschen krijgsdienst en nam in 1852 ontslag en wijdde zich voorts aan de letteren. Zijn „Poems” en Eleonora and other poems, het eerste wat van hem verscheen, in 1854 en 56, werden door Shelley en Tennisson voor voortbrengselen van een zelfstandig talent erkend.
Zijn romans zijn boeiend en spannend; met voorliefde doet hij ongewone naturen ten tooneele verschijnen en behandelt hij ingewikkelde intrigues, I zonder echter in sensationeele onwaarschijnlijkheden te vervallen; de voornaamste romans van zijn hand zijn:Rita (185). Confidences.
Carr of Carrlyon.
Mr. and Mrs. Faulconbridge.
The Marstons.
In that state of life (1871).
Morals and mysteries.
Penruddocke.
A nine days wonder
Poet and Peer
Introduced to society
Passages in the Roman life of a lady in 1814—1816.
The Cliff mystery..
Voorts plaatste hij enkele werken in de tijdschriften AU the year rowicl en Fraser’s Magazine.
