gemeente in Limburg (arrond. Maastricht, kantonshoofdplaats), omgeven door de gemeenten Wijlre, Wittem, Slenaken, Noorbeek, Mheer, St.
Geertruid en Margraten, 21⅕ km.2 groot, tertiair, overdekt met limburgsche klei, tamelijk heuvelachtig en doorsneden door de rivier de Geul, die hier de beek de Gulp uit de belgische prov. Luik opneemt, bevat de dorpen G. en Reimerstok, de buurten Ingber, Pesaken, Del en Euverem, benevens de gehuchten Beilinghuizen, Waterop, Houtstraat, Landsraad, Bergem, Terlinden, Krapoel, Bek en de Hut, en telde 1 Jan. 1902: 2516 inw., w.o. ongeveer 2400 r.-kath.; landbouw, eenige industrie; kiesdistrict zie volgend artikel; personeele belasting kom 8ste en overig deel 9de klasse. Het dorp G., halverwege tusschen Maastricht en Aken, ligt aan de oosthelling van een 160 m. hoogen heuvel, langs welks voet de Gulpbeek stroomt, en heeft ongeveer 1300 inw.; er is een kantongerecht, welks rechtsgebied zich uitstrekt over de gemeenten Bemelen, Berg-en-Terblijt, Bocholtz, Cadier-en-Keer, St. Geertruid, Gulpen, Margraten, Mheer, Noorbeek, Oud-Valkenburg, Schin-op-Geulle, Simpelveld, Slenaken, Vaals, Valkenburg, Wijlre, Wittem. G. was van 1661—1795 hooldplaats van Staatsch-’s Hertogenrade. .