een der baskische provinciën in Spanje, aan de golf van Biscaya, grenst ten n.o. aan de Bidassoa, ten z.o. aan Navarre, ten z.w. aan Alava, ten w. aap Biscaya, is 1885 km.2 groot, en telde in 1897: 191.822 inw. (93.985 mannen, 97.837 vrouwen), in 90 gemeenten. Uitloopers van de Pyreneeën, met bosschen bedekt, doorloopen het land, dat een heerlijk klimaat heeft en zeer gezond is.
De handelshavens langs de schilderachtig ingesneden kust exporteeren ijzer, koper en tin, afkomstig uit de talrijke mijnen van G., en verder leer, wollen weefsels en gezouten visch. Op het punt van nijverheid wordt G. door weinige provinciën des koninkrijks overtroffen; er zijn lucifersfabrieken, spinnerijen, weverijen, ijzergieterijen, scheepswerven enz. Verder heeft G. een groot aantal mineraalwaterbronnen. De emigratie van hier is zeer sterk. Hoofdstad is San Sebastian. Een spoorlijn met vele zijlijnen gaat van Fuenterrabia naar het zuidwesten.
