toestel tot het voltrekken van de doodstraf door onthoofding, in Frankrijk in gebruik, en benoemd naar den geneesheer Guillotin (zie vorig art.); zij werd der Assemblée nationale aangeboden door den arts Louis, secretaris van het collége des chirurgiens, en bij besluit van 20 Maart 1792 aangewezen als het eenige werktuig waarmee voortaan in Frankrijk de doodstraf zou mogen worden voltrokken. De G. van Louis bestond reeds in de 14de eeuw in een rudimentairen vorm in Italië.
De eerste die met het nieuwe werktuig werd terechtgesteld was een misdadiger; deze eerste executie had plaats op 25 April 1792. De G. bestaat in hoofdzaak uit twee, van boven door een dwarsbalk verbonden palen, in welke aan de naar elkander toegekeerde zijden gleuven zijn aangebracht, waarin een in schuinen stand opgesteld en bezwaard mes (60 kg.) op en neer loopt, dat door zijn eigen zwaarte van een hoogte van twee meter op den hals van den daaronder liggende, die op een plank wordt gebonden, neerkomt en in een oogwenk het hoofd van den romp scheidt.