Buikzwammen. Familie van zwammen van de groep der Basidiomyzeten: de sporen ontstaan in kiemhuisjes, die nu eens uit een enkel, dan weer uit een dubbel hulsel (peridia en peridiola) bestaan, en in den beginne gesloten zijn, doch zich later op verschillende wijze openen, waardoor dan het sporenpoeder ontlast wordt; de sporen zelf zijn hetzij vrij of in een draderig weefsel ('capillitium) verstrooid. De G. zijn nagenoeg over de geheele aarde verbreid en in den jeugdigen toestand meest eetbaar; slechts enkele zijn vergiftig; het zijn allen groote zwammen, die zoowel op als in den grond groeien en ten deele ook aan vermolmend hout voorkomen. De vruchtlichamen hebben in den regel een kogelvormige gedaante : slechts zelden ontwikkelt zich een steel. De bekendste geslachten zijn Bovista, Clathrus, Lycoperdon, Geäster, Phallus, Scleroderma en Sphaerobolus; laatstgenoemd geslacht wordt gekenmerkt door een eigendommelijk opgeninsmechanisme.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk