Gepubliceerd op 29-01-2021

F, f

betekenis & definitie

zesde letter en vierde medeklinker . der latijnsche, neo-latijnsche en germaansche alphabeten, behoort tot de labiale konsonanten of lipmedeklinkers. De F. komt niet voor in het alphabet der Phoeniciërs; in enkele grieksche alphabeten (eolisch-dorisch, corintisch) bediende men zich er van als een aspiratieteeken. De nederlandsche f is een lipletter of juister een labiodentale letter en bestaat uit een toonloos schuringsgeluid, hetwelk men voortbrengt door de bovenste snijtanden losjes op de onderlip te brengen en tusschen beiden een luchtstroom heen te drijven.

In romeinsche inscripties beteekent f. of F. bij namen: filius, zoon;

op duitsche rijksmunten: geslagen te Stuttgart;

op den stelwijzer van engelsche uurwerken: faster (sneller, tegenover s. slowly, langzaam);

f, vóór een geldsom: florijnen, guldens: als merk voor goederen enz.: lijn, (ff, zeer fijn, flf, extra lijn);

F of Fl in de scheikunde : teeken voor 1 atoom fluoor;

F. op thermometers: Fahrenheit;

bij namen van planten: E. M Fries;

als oud-romeinsch getalteeken; 40, en met een horizontaal streepje er boven: 40.000 In de muziek is F of fa de vierde toon van de toonschaal waarvan C (do, ut) de grondtoon is, ook de toonschaal waarvan F de grondtoon is (hooge, lage F);

afkortingen in de muziek: f, forto, ff: fortissimo, fz:forzata; ffz : forzatissimo, d. i. sterk geaccentueerd.