Gepubliceerd op 17-02-2021

Edvard grieg

betekenis & definitie

noorweegsch componist, geb. 15 Juni 1843 te Bergen, studeerde te Leipzig en te Kopenhagen, en bezocht later ook Italië, waar Liszt invloed op hem kreeg.

In 1867 richtte hij te Christiania een muziekvereenigine om waarvan hij tot 1880 dirigent was, deed herhaaldelijk reizen naar het buitenland (Italië, Duitschland, Frankrijk, Engeland, België, Nederland), en zag zich door een eeretoelage van het noorweegsche parlement in staat gesteld zich geheel aan de kunst te wijden, waarop hij zich te Bergen vestigde. G. is een vruchtbaar en componist; hij heeft steeds zijn kracht geput uit de bronnen der populaire muziek van zijn land, en er naar gestreefd deze met moderne kunstvormen te verbinden, hetgeen zijn stijl een zeer bijzondere kleur heeft gegeven. Men heeft van hem noorsche dansen, romancen met variaties, vele bundels liederen, een kwartet, een klavierconcert, meerdere bundels oorspronkelijke klavierstukken, een cello-sonate, drie suites voor orkest, waarvan twee zijn samengesteld uit de muziek die G. schreef voor Ibsen’s drama „Peer Gynt”. G.’s composities trokken door haar rijkdom aan noordsche muziek-elementen en door haar krachtige oorspronkelijkheid de algemeene aandacht en hij is een der eerste noorweegsche componisten die ook buiten de grenzen van zijn land is bekend geworden, en wiens werken voorkomen op de concert-programma’s van alle groote steden van Europa.

< >