Gepubliceerd op 20-01-2021

Dido

betekenis & definitie

of Elisa, Elissa, phoenicische prinses, legendarische stichtster van Carthago. Zij was de dochter van den tyrischen koning Mutgo (of Belus, ol' Agenor), zuster van Pygmalion, die zijn vader in de regeering opvolgde. Zij trouwde met haren oom Acerbas (of met Sichaeus), een priester van Hercules Toen Pygmalion, uit hebzucht naar de schatten van Acerbas, hem vermoord had, vluchtte Dido door een groot aantal Tyriërs vergezeld, met hare rijkdommen, over zee en landde eerst op Cyprus. Van daar bereikte zij na een voorspoedigen tocht de kust van Afrika; hier kocht zij van koning Iarbas zoo veel land, als met een ossenhuid kon bedekt worden, doch zij sneed dien in zeer smalle repen en omspande daarmede een aanmerkelijke ruimte, waarop zij een burcht, Byrsa (de huid) geheeten, bouwde. Zoo werd zij de grondlegster van Carthago (888 v. C.). Spoedig klom de stad tot macht en bloei, weshalve Iarbas, om in haar bezit te geraken, de hand van Dido vroeg, terwijl hij in geval van weigering haar met den oorlog bedreigde. Om dit huwelijk met den barbaar te ontwijken, richtte zij een brandstapel op en doodde zich daar met een zwaard. Zij werd door de Carthagers als godin vereerd. Virgilius heeft de sage van Dido in zijne Aeneis naar zijn doel vervormd en haar in den tijd van Aeneas verplaatst. Bij hem eindigt Dido haar leven op een brandstapel, omdat de door haar beminde Aeneas volgens de bepaling van het noodlot en op bevel van Jupiter haar heimelijk verlaat.

< >