Gepubliceerd op 20-01-2021

Cacao

betekenis & definitie

Een uit de zaden (cacao-boonen) van den cacaoboom verkregen zelfstandigheid; genoemde zaden worden eerst geroosterd, en daarna machinaal gebroken, waarbij de schillen loslaten; vei volgens worden zij gemalen, verwarmd en geperst; bij deze laatste bewerking wordt als bijproduct, dat volgens sommigen zelfs als hoofdproduct zou mogen gelden, de cacaoboter verkregen, een vetstof, waarvan de geschilde zaden 45 tot 5$ pCt. bevatten; 30 pCt. ongeveer wordt bij het persen verwijderd; de rest blijft in het cacoapoeder achter; dit poeder bevat voorts eiwitstoffen, zetmeel, een aikaloïd (theobromine, waaraan de cacao haar bitteren smaak ontleent), verder asch-bestanddeelen, waaronder vele phosphaten, en water, De cacao dient hoofdzakelijk als voedings- en genotmiddel- De cacaoboter, die tusschen 20— 30 gr.C vloeibaar wordt, vindt veelvuldige toepassing in dc geneeskunde; aan de lucht blootgesteld wordt zij niet ranzig.

De cacaoboonen zijn afkomstig van enkele soorten van het plantengeslacht Theobroma, vooral van Theobroma-cacao, den cacaoboom, die in Zuid-Amerika in de bosschen van het Amazone- en Orinocogebicd tot op hoogten van 400 meter in het wild voorkomt en overigens overal tusschen de keerkringen gekweekt wordt, ook in NederL-Jndie; de stam van den cacaoboom is meestal laag, en verdeelt zich in drie tot vier dikke takken, waaraan groote kort gestoelde, aanvankelijk roodaebtige, later heldergroene bladeren ontstaan; uit zijknoppen aan stam en takken komen kleine rooskleurige, lang- en dungesteelde bloem bundels voort; de rijpe vruchten zijn geel of rood gekleurd, langwerpig, 1$—25 cM. lang, 7—10 cM. dik, en van 10 ovcrlangsche ribben voorzien; de vruchtwand is in versehe toestand vlcczig of lederachtig, doch wordt bij droging zeer hard ; in het midden bevinden zich de zaden, in loodrechte reeksen gesteld, en van 50 tot 60 in getal, omgeven door een vruchtmoes, dat een groote hoeveelheid suikerhoudend sap bevat; de zaden, r— 3 cM. lang, zijn langwerpig, omgeven door een bruine- of roodachtige zaadhuid, die in talrijke plooien tusschen dc lobben van de diep ingesneden en in elkander grijpende zaadlobben doordringt; het vruchtsap wordt gedronken ; de zaden leveren het bekende liaiulelsartikel. Ecuador levert bijna een derde van de jaarlijksehe productie van cacao; op dit land volgen in dit opzicht IVinidad, Venezuela en Brazilië. In de Nederl, bezittingen wordt zij, behalve in Suriname, ook in OostJndië gekweekt; de eerste boomen werden geplant in Menado; van hier verspreidde zich de cultuur over de omgelegen eilanden; op |ava vooral heeft deze thans een groote uitbreiding gekregen; het groot*te deel der cacaoproductie van ja va gaat naar Nederland.

Den Europeanen werd de cacao bekend door Cortex, 1519, die ze bij zijn doordringen in Mexico algemeen bij de Aztecken in gebruik vond;'bij de in 1323 door de Azteeken ten ondergebrachte IOlteeken was zij echter reeds een duizendtal jaren bekend; beide volken bedienden er zich niet alleen van als voedingsmiddel, maar ook als eenige, overal gangbare muntspecie; de cacaoboonen heetten bij hen kakaohatl, De bruikbaarheid der cacao als voedingsmiddel werd in Europa langen tijd betwijfeld; vele reizigers en natuuronderzoekers lieten zich ongunstig over dit gewas uit; Idnnaeus echter had een andere meeniug omtrent de cacao, gelijk schijnt te mogen blijken uit den naam Theobroma, godenspijs, dien hij de cacaoplant gaf.