Gepubliceerd op 19-01-2021

Bruon bauer

betekenis & definitie

Duitsch philosoof, theoloog en geschiedvorscher, geb. 6 Sept. 1809 te Eisenberg (Saksen-Altenburg), studeerde te Berlijn, vestigde zich als privaatdocent in de theologische faculteit aldaar, ging in 1839 naar die te Bonn over, werd in 1842 wegens zijn vrije kritiek op de evangeliën van zijn post ontzet, keerde weer naar Berlijn terug, en wijdde zich voorts geheel aan letterkundigen arbeid; hij overleed 13 April 1882 te Rixdorf, bij Berlijn. In zijn eerste geschriften (Die Religion des Alten Testaments, 1838) blijkt B. een aanhanger der speculatieforthodoxe richting, later keerde hij zich tot de negatief-kritische richting der zoogenaamde Jong-Hegelianen, hetgeen het eerst uitkwam in Kritik der evang.

Geschichte des Johannes (1840) en in Kritik der evang. Synoptiker (1840) ; na zijn afzetting schreef hij: Das entdeckte Christentum (1843), welk werk voor de uitgave vernietigd werd. Hierop richtte hij de „Allgemeine Litteraturzeitung“ op en wijdde zich aan de studie van de geschiedenis der laatste eeuwen; vruchten hiervan waren: Geschichte der Französischen Revolution bis zur Stiftung der Republik (1847), Geschichte Deutschlands und der Französischen Revolution unter der Herrschaft Napoleons (1846) enz.: de beweging van 1848 besprak hij in een aantal kleinere geschriften. Vervolgens keerde hij zich weer tot het kritisch onderzoek aangaande het ontstaan en de ontwikvan het christendom (in Kritik der Evangelien (1850), Die Apostelgeschichte (1850), Kritik der Paulinische Briefe (1850); nogmaals geheel van inzichten veranderend werd hij de welsprekende verdediger van het Duitsche conservativisme; in dezen geest werkte hij mede aan Wagener’s Staats-und Gesellschaftslexicon. De geschriften uit zijn laatste levensjaren, behalve enkele theologische, als Philo, Strauss, Renan und das Urchristentum (1874). Christus und die Cäsaren (1877), behandelen alle vragen van den dag, als Zur Orientierung über die Bismarcksche Aera (1880), Disraelis romantischer und Bismarcks socialistischer Imperialismus (1882).

< >