De Kakkerlakken. Insectenfamilie van de orde der Rechtvleugeligen, Orthoptera; het lichaam is betrekkelijk kort, rond of eirond en plat; de kop ligt verborgen onder hot voorborststuk (prothorax), met de kruin voorwaarts gericht; het geslacht Archiblatta Snellen van Vollenhoven maakt ten opzichte van dit laatste punt een uitzondering, daar dit oen vrijen kop heeft, als b.v.
Archiblatta Hoevenii, die op Sumatra leeft; de oogen zijn groot en van een niervormige gedaante; enkelvoudige oogjes ontbreken meestal; do buitengewoon lange sprieten tellen een groot aantal leedjes; de bij enkele soorten hoornachtige, bij andere lederachtige voorvleugels grijpen over elkander heen; do pooten en vooral de aan elkander rakende heupen zijn tamelijk lang, met platgedrukte dijen, met doornachtige stekeltjes bezette schenen en uit vijf leedjes bestaande tarsen; aan hot einde van het achterlijf twee gelede, behaarde, puntig toeloopende aanhangsels; de vleugels komen hij de verschillende soorten in zeer ongelijko mate tot ontwikkeling, hetgeen oen der hoofdgronden voor de onderverdeeling in geslachten oplevert; bij de in het geslacht Polyzosteria Bukm. vereenigde soorten verkrijgen noch de mannetjes, noch de wijfjes vleugels; bij de geslachten Perisphaeria Bukm. en Heterogamia Bukm. zijn alleen de mannetjes gevleugeld; van de overige geslachten Blatta L , Tltyrsocera Bukm., Periplaneta Bukm.hebben beide sexen vleugels doch die der wijfjes zijn door gaans korter dan die der mannetjes.De wijfjes leggen hare eieren, ten getale van omstreeks 40, bijeen in een bekleedsel van prismatische gedaante, dat zich reeds binnen in de eileiders vormt. Onder de kleinere soorten zijn er enkele die zich des daags vertoonen, doch over het geheel zijn de kakkerlakken lichtschuwe dieren, die hun verblijf bij voorkeur houden in donkere plaatsen, in kelders, het ruim van schepen, in holle boomstammen, onder steenen, mos, droge bladen enz. en alleen des nachts hun voedsel zoeken. Enkele soorten zijn door de scheepvaart over de geheele wereld verbreid geraakt, als Periplaneta orientalis en Blatta (of Periplaneta) americana; het zijn zeer vraatzuchtige insecten, die zich zoowel met plantaardige als dierlijke stoffen voeden, en dikwijls groote schade aanrichten, te meer doordat zij de zelfstandigheden waarmee zij in aanraking komen een onaangenamen geur meededen. Onder de hier te lande voorkomende soorten is Blatta germanica de meest schadelijke; Blatta lapponica houdt zich alleen in bosschen op.
