1. Een der gouvernementslanden (afdeeling) van het gewest Celebes, beslaande het oostelijk deel van het eiland Soembawa en het westelijk deel van Flores, ongeveer 150 vierk. geogr. mijlen groot, 75000 inw.
B. is een sultanaat; de sultan wordt bijgestaan door een hadat of rijksraad van 24 leden, aan welks hoofd een radja of roema bitjara (rijksbestierder) staat; het deel op Soembawa is verdeeld in de drie districten Belo, Bolo en Sapee, elk onder een hoofdgallarang en een aantal kamponghoofden. In de gelijkn. hoofdplaats is van gouvernementswege een controleur gevestigd, die toezicht houdt op de trouwe naleving van het contract van 20 Oct. 1886, krachtens hetwelk het oppergezag van Nederland erkend en de troonsopvolging geregeld wordt; deze controleur moet in alle aangelegenheden van bestuur gekend worden. De Bimaneezen zijn klein en gedrongen van lichaamsbouw, de vrouwen zijn blanker dan die van West-Soembawa; mannen en vrouwen dragen broeken, de laatste daarover nog de sarong. Men treft onder hen vier standen aan, te weten adel, middenstand, slaven en pandelingen; de twee tot drie voet boven den grond gebouwde woningen zijn meest van bamboes; landbouw en veeteelt zijn hun hoofdmiddelen van bestaan (rijst, groene katjang, djagong, uien, kemiri, suikerriet, tabak, indigo, koffie; paarden, geiten, karbouwen); de eigenlijke Bimaneezen belijden den moham. godsdienst. De Doöe Donggo, een bijzonder bestanddeel der bevolking, die vooral in de bergen van Sadjo gevonden worden, zijn heidenen. Naar men wil bestaan in B. nog allerlei barbaarsche gewoonten, b. v. die om bij het oprichten van een nieuwen vlaggestok voor het verblijf van den sultan een zwangere vrouw met dien stok te dooden.
In 1605 knoopte Hagen de eerste handelsbetrekkingen met B. aan; in 1624 werd dit land door Boos bezet, omdat dit de Gowareezen tegen de Compagnie had ondersteund; het werd echter spoedig weer ontruimd; in 1660 werd een mondeling verdrag gesloten; zeven jaren later dwong Speelman B. Neerland’s oppergezag te erkennen; in 1669 werd een eind gemaakt aan de heerschappij der Makassaren in B. en werden zeer voordeelige handelsvoorwaarden bedongen; in 1762 veroverde B. de westhelft van Flores op de Makassaren, dat sinds in zijn bezit bleef, en waarvan de grens in 1864 werd vastgesteld. De tegenwoordige verhouding van het sultanaat Bima is vastgesteld bij contract van 20 Oct. 1886.2. Hoofdpl. van het gelijkn. sultanaat, zetel des sultans, van den rijksbestierder, den rijksraad, van den controleur, enz., gelegen aan een baai, die een veilige haven vormt; zij bestaat uit een aantal kampongs, elk met een eigen hoofd of oudste; het fort alhier wordt door den sultan onderhouden Omstreeks 10.000 inw.
3. Zie Bhima.