(baron) Belgisch diplomaat, zoon van J. J.
Anethan, geb. 1829. Hij was een tijdlang gevolmachtigde aan het Portugeesche hof, later bij den Pauselijken Stoel; hij werd belast met het tot stand brengen eener minnelijke schikking met den paus, ten opzichte der moeilijkheden ontstaan uit het herzien van de wet van 1842 op het lager onderwijs; de onderhandelingen, aanvankelijk naar wensch slagende, werden afgebroken (3 Juni 1880) tengevolge der nota van Kardinaal Nina van 3 Mei 1880. Anethan werd teruggeroepen en naar Den Haag overgeplaatst; in 1894 ging hij naar Parijs.