Gepubliceerd op 23-02-2021

Alexander danilowitsj menschikow

betekenis & definitie

of Mentschikow, (vorst) russisch staatsman en veldmaarschalk, geb. 16 (6) Nov. 1672 te Moskou, was bakkersleerling, maar werd dooi" den generaal Lefort aan Peter den Grooten voorgesteld, en verwierf door het uitbrengen eener samenzwering der Strelitzen de gunst des keizers. Hij vergezelde den czaar op zijn reizen naar Holland en Engeland en won zijn vertrouwen in de hoogste mate, zoodat de keizer na den dood van Lefort niets meer zonder zijn raad ondernam.

M. sloeg in 1706 de Zweden bij Kalisch, droeg veel tot de overwinningen van Ljesnoi en Pultawa bij en dwong na dien slag het grootste gedeelte van het zweedsche leger onder Löwenhaupt tot capitulatie. In 1713 veroverde hij Stettin, dat hij echter tegen den wil des czaren aan Pruisen overliet. Deswege en over zijn ontrouwe administratie voor een krijgsraad gesteld, werd hij ter dood veroordeeld. Hij ontving echter gratie en werd in zijn waardigheden hersteld, maar kreeg zijn vorigen invloed op Peter niet terug. Gedurende de regeering van Katharina I, die vooral door hem den troon beklom, oefende hij een onbeperkte macht uit. Na haar dood plaatste hij zich, bij de minderjarigheid van Peter II, eigenmachtig aan het hoofd der regeering, en stond op het punt om zijn dochter aan den keizer uit te huwelijken, toen Dolgoroukij hem ten val bracht en in 1727 naar Siberië verbande, terwijl zijn aanzienlijk vermogen verbeufd verklaard werd. Hij verviel tot diepe zwaarmoedigheid en overl. in 1729.Vorst Alexander Sergejewitsch M., achterkleinzoon van den vorige, russisch admiraal en minister van marine, geb. in 1789, nam als vleugeladjudant van keizer Alexander deel aan de veldtochten van 1812—15, klom tot den rang van generaal-majoor op, maar nam in 1823 zijn ontslag, omdat de door hem gewenschte interventie ten gunste van Griekenland niet plaats vond. In den turkschen veldtocht van 1828 voerde hij het bevel over de expeditie naar Anapa, welke vesting na korte belegering zich aan hem overgaf. Daarop belast met de belegering van Varna, werd hij zwaar gewond en moest deswege het tooneel des oorlogs verlaten. Na zijn herstel werd hij tot viceadmiraal, in 1831 tot gouverneur-generaal van Finland, in 1834 tot admiraal benoemd en in 1836 aan het hoofd va*n het ministerie van marine geplaatst. In 1853 ging hij als buitengewoon gezant naar Konstantinopel ter beslechting van de gerezen verschillen over de heilige plaatsen en om de Porte tot erkenning van het protectoraat van Rusland over de gr.-kath. bevolking te dwingen. De weigering van den sultan gaf aanleiding tot den oosterschen oorlog, na het uitbreken van welken M. tot opperbevelhebber der russische land- en zeemacht in de Krim benoemd werd.

Hij kon de landing van het engelsch-fransche leger niet verhinderen en werd 20 Sept. 1854 aan de Alma verslagen. Een poging tot ontzet van het door de geallieerden belegerde Sebastopol werd door den slag van Inkerman (5 Nov. 1854) verijdeld; in Maart legde M. het opperbevel neer. Later was hij nog lid van de commissie tot opheffing van de lijfeigenschap. Hij overl. 2 Mei 1859 te Petersb.

< >