Gepubliceerd op 20-01-2021

Adam boreel

betekenis & definitie

Nederl. godgeleerde, geb. te Middelburg, 2 Nov. 1603, scheidde zich af van de rechtzinnig-hervormden, vestigde zich in 1646 te Amsterdam, arbeidde hier met Abrahams, Komans en de Breen aan de stichting van een meer vrijzinnige gemeente, had vele aanvallen van de Utrechtsche en Groningsche godgeleerden te verduren, en overl. in 1666; hij schreef een aantal godgeleerde werken.

< >