Een lijfrente is een periodieke uitkering die wordt verkregen door het afsluiten van een lijfrenteverzekering.
Een lijfrenteverzekering wordt meestal afgesloten om als aanvulling op het pensioen te dienen. Men betaalt periodiek of éénmalig een bedrag aan een bank of verzekeringsmaatschappij en krijgt daarvoor een periodieke uitkering op een vooraf bepaald moment.
Er zijn twee fases verbonden aan de lijfrente. De eerste fase is de opbouwfase. De verzekerde sluit eerst een lijfrenteverzekering af en betaalt periodiek of éénmalig een bedrag om zo geld op te bouwen en te sparen. De tweede fase is de uitkeringsfase. Wanneer de afgesproken einddatum van de opbouwfase nadert, kan de lijfrente worden uitgekeerd. Dit hoeft niet altijd door dezelfde instantie te gebeuren waar de opbouw van de lijfrente heeft plaatsgevonden.
Een voordeel van een lijfrente is dat het niet tot het eigen vermogen gerekend wordt en belastingvoordeel oplevert. Ook is het mogelijk om de premies te beleggen. Dit zorgt er echter wel voor dat de hoogte van de uitkering afhankelijk is van beleggingsresultaten.
De uitkering van de lijfrente zal stoppen wanneer de persoon in kwestie komt te overlijden. Wanneer iemand tijdens de opbouwfase van de lijfrente komt te overlijden, bestaat het risico dat het opgebouwde kapitaal de verzekeringsmaatschappij of bank toebehoort, afhankelijk van de gemaakte afspraken over het vooraf overlijden.
