Gepubliceerd op 06-12-2018

SCHROMEN

betekenis & definitie

SCHROMEN - (schroomde, heeft geschroomd), ontzien, duchten: hij schroomt het gevaar niet;

vreezen sidderen, bevreesd zijn: hij schroomde voor zijn vader; zwarigheid maken; aarzelen, nauwelijks durven : hij schroomde naar zijn vader te gaan; zonder schromen iets doen.

< >