FLANKHOEK, m. (-en), strijkhoek; hoek welken, bij een gebastionneerd stelsel, de flank en de courtine samen vormen;
....KORPS, o. (-en), korps naast de hoofdmacht;
...MARSCH, m. (-en);
...REDOUTE, v. (-s);
...RIJ, v. (-en), rij waarin men achter elkander staat;
...SCHOT, o. (-en), dat den vijand in de flank treft;
...STELLING, v. (-en);
...VERDEDIGING, v.;
...VUUR, o. vuur tegen de flank eener troepenafdeeling; vuur van eene borstwering ter bestrijking eener andere;
...WERK, o. verdedigingswerk dat een ander bestrijkt.