Definities van Groot woordenboek der Nederlandsche taal in de Ensie B
- Bloedspat
- Bloedspuwing
- Bloedsteen
- Bloedstelpend
- Bloedstorting
- Bloedsuiker
- Bloedtransfusie
- Bloedvat
- Bloedvergiftiging
- Bloedverlies
- Bloedvervig
- Bloedverwant
- Bloedvijg
- Bloedvlag
- Bloedwarm
- Bloedwarmte
- Bloedwording
- Bloedwraak
- Bloedziekte
- Bloedzuiger
- Bloedzuiverend
- Bloedzuivering
- Bloedzweerachtig
- Bloei
- Bloeien
- Bloeiknop
- Bloeikolf
- Bloeimaand
- Bloeischeede
- Bloeisel
- Bloeistaat
- Bloem
- Bloemaar
- Bloemachtig
- Bloembed
- Bloembies
- Bloembolglas
- Bloembollencultuur
- Bloemborduurster
- Bloemdraad
- Bloemdragend
- Bloemencorso
- Bloemendrager
- Bloemenhorloge
- Bloemenkever
- Bloemenliefhebber
- Bloemenmand
- Bloemenrijk
- Bloemenschaar
- Bloemetje
- Bloemgodin
- Bloemhoofdje
- Bloemig
- Bloemist
- Bloemkatje
- Bloemkool
- Bloemkorfje
- Bloemlezing
- Bloemmaand
- Bloempap
- Bloempje
- Bloemriet
- Bloemrijk
- Bloemsaus
- Bloemschacht
- Bloemschermdragend
- Bloemschilder
- Bloemschilderen
- Bloemspelen
- Bloemtafel
- Bloemvaas
- Bloemwerk
- Bloemzaad
- Bloemzoet
- Bloes
- Bloesem
- Bloesemen
- Blok
- Blokaffuit
- Blokbeslag
- Blokboek
- Blokbus
- Blokdienst
- Blokdruk
- Blokeend
- Bloken
- Blokgevangenis
- Blokhuis
- Blokjesgoed
- Blokkaart
- Blokkade
- Blokkeeren
- Blokken
- Blokkendoos
- Blokkenmaker
- Blokkenvuur
- Blokker
- Blokland
- Blokschaaf
- Blokschaar