Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Vangband

betekenis & definitie

m. (-en), strook, bestaande óf uit een dubbele laag geolied papier waartussen zich gegolfd karton bevindt, óf uit een lap jute, die op manshoogte om de stam van een vruchtboom bevestigd wordt, om larven van schadelijke insecten gelegenheid te geven zich in de gangen tussen papier en jute te verpoppen, ten einde ze zo te kunnen verdelgen ; ook strook van klevend papier om de insecten te beletten naar boven te kruipen.

< >