Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie W
- Wilgenzwam
- Wilgestam
- Wilgestruik
- Wilgetak
- Wilgeteen
- Wilhelmus
- Wilhelmuslied
- Willekeur
- Willekeurig
- Willekeurigheid
- Willem
- Willempje
- Willemsorde
- Willen, touw
- Willen, werkwoord
- Willens
- Willetje
- Willig
- Willigen
- Willigheid
- Williglijk
- Willoos
- Willoosheid
- Willst du entstehn, entsteh auf eigne hand!
- Willst du genau erfahren was sich ziehmt, so frage nur bei edlen frauen an
- Willst du immer weiter schweifen ? sieh, das gute liegt so nah’. lerne nur das glück ergreifen, denn das glück ist immer da
- Willst du in meinem himmel mit mir leben, so oft du kommst, er soll dir offen sein
- Willst du nicht mein bruder sein, so schlag ich dir den schädel ein
- Wilp
- Wils.psychologie
- Wilsbeschikking
- Wilsbesluit
- Wilsdaad
- Wilsgebrek
- Wilsinspanning
- Wilskracht
- Wilskrachtig
- Wilsmotief
- Wilsovereenstemming
- Wilster
- Wilsuiting
- Wilvaardig
- Wim
- Wimber
- Wimberg
- Wimpel
- Wimpelhoofdje
- Wimpellijn
- Wimpelstok
- Wimpeltje
- Wimpelval
- Wimpelvis
- Wimper
- Wimperbeweging
- Wimpertje
- Wimpervleermuis
- Win
- Winbaar
- Winch
- Wind
- Wind, luchtstroom
- Windanker
- Windas
- Windbekken
- Windbestuiving
- Windbier
- Windblaar
- Windbloeier
- Windbloem, v. (-en)
- Windboom
- Windbord
- Windbrekend
- Windbreker
- Windbrekerij
- Windbreuk
- Windbuil
- Windbuilen
- Windbuis
- Windbuks
- Winddicht
- Winddoorn, winddoren
- Winddroog
- Winddruk
- Winde
- Windeachtigen
- Windei
- Windel
- Windelen
- Winden
- Windend, b
- Windeplanten
- Winder
- Winderig
- Winderigheid
- Windgat
- Windgod
- Windgolf
- Windgoud
- Windhaak
- Windhaan
