Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie V
- Valplek
- Valpoort
- Valproef
- Valput
- Valreep
- Valreepsbord
- Valreepsgast
- Valreepsklamp
- Valreepsknoop
- Valreepskoord
- Valreepsscepter
- Valreepstrap
- Valrichting
- Valruimte
- Vals
- Valsaard
- Valsaris
- Valscherm
- Valschermlicht
- Valschermspringer
- Valschermsprong
- Valschermtoorts
- Valschermtroep
- Valscheur
- Valschoor
- Valschuif
- Valschut
- Valselijk
- Valsemunter
- Valsemunterij
- Valserik
- Valsgaweg
- Valshartig
- Valshartigheit
- Valsheid
- Valsheidprocedure
- Valsheidproces
- Valsheidsincident
- Valsigheid
- Valsigheidje
- Valslot
- Valsmunter
- Valsmunterij
- Valsnelheid
- Valspin
- Valstee
- Valsteiger
- Valstreep
- Valstrik
- Valtafel
- Valtakel
- Valtalie
- Valtank
- Valten
- Valtijd
- Valtoestel
- Valtonig
- Valtoon
- Valtouw
- Valuatie
- Valuta
- Valuta-arbitrage
- Valutabalans
- Valutabeurs
- Valutaclausule
- Valutaconcurrentie
- Valutaconferentie
- Valutadag
- Valutadaling
- Valutadatum
- Valutadepreciatie
- Valutadumping
- Valutaevenwicht
- Valutafonds
- Valutagrens
- Valutahandel
- Valutahandelaar
- Valutakoers
- Valutakoopje
- Valutalening
- Valutamakelaar
- Valutamarkt
- Valutaontwaarding
- Valutapolitiek
- Valutapremieaffaire
- Valutarisico
- Valutaschommeling
- Valutaschwein
- Valutaspeculant
- Valutaspeculatie
- Valutastabilisatie
- Valutatermijnaffaire
- Valutatermijnhandel
- Valutatermijnmarkt
- Valutatransactie
- Valutaverschil
- Valutavraagstuk
- Valutawijziging
- Valuteren
- Valutering