Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie E
- Expeditiekantoor
- Expeditieleger
- Expeditieonderneming
- Expeditiestempel
- Expeditionnair
- Expende hannibalem (quot libras in duce summo i invenies?)
- Expensen
- Expensief
- Experientia docet
- Experientia optima rerum magistra
- Experiëntie
- Experiment
- Experimenteel
- Experimenteren
- Experimentum crucis
- Expert
- Expertise
- Experto crede ruperto
- Experto credite
- Expertus dico
- Expertus metuit
- Expiratie
- Expiratorisch
- Expireren
- Expletur lacrimis
- Explicateur
- Explicatie
- Expliceren, expliqueren
- Expliciet
- Explicit
- Exploderen
- Exploitabel
- Exploitant
- Exploitatie
- Exploitatiekosten
- Exploitatiemaatschappij
- Exploitatierekening
- Exploitatiewinst
- Exploiteren
- Exploot, exploit
- Exploratie
- Exploratiemaatschappij
- Exploratiewerk
- Exploreren
- Explosie
- Explosief
- Explosiemotor
- Exponent
- Exponentiaalvergelijking
- Exponeren
- Export
- Exportaardappel
- Exportartikel
- Exportbedrijf
- Exporteren
- Exporteur
- Exportfirma
- Exporthandel
- Exporthaven
- Exporthuis
- Exportindustrie
- Exportpremie
- Exportslachterij
- Exportverpakking
- Exposant
- Exposé
- Exposeren
- Expositie
- Expositiegebouw
- Expositieterrein
- Expositietroon
- Expositiezaal
- Expres
- Expresbuffet
- Expresgoed
- Expresse
- Expressebestelling
- Expresselijk
- Expressestuk
- Expressetarief
- Expressie
- Expressief
- Expressionisme
- Expressionist
- Expresstrein
- Exprhssionistisch
- Expropriatie
- Expropriëren
- Expulsie
- Exquis
- Exquisiet
- Exsiccator
- Exstinctus amabitur idem
- Exsudaat
- Exsudatie
- Extase
- Extatisch
- Extempore
- Extemporeetje
- Extemporeren