Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bovenbouw

betekenis & definitie

m., bovenste gedeelte van iets dat gebouwd is: de bovenbouw ener brug bestaat uit hoofdliggers, dwarsliggers, langsliggers, dekken enz. ; de bovenbouw der spoorwegen; — fig. van iets dat bij een gebouw vergeleken wordt, inz. van scholen : een bovenbouw van twee klassen.