Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bleken

betekenis & definitie

(bleekte, heeft en is gebleekt),

I. onoverg.. alleen nog in bep. toepassingen, van linnengoed enz. : aan de zon of kunstmiddelen blootgesteld zijn om wit te worden; dat linnen bleekt goed, wordt goed wit; — in de zon gebleekte beenderen, wit geworden;

II. overg., bleek maken in de zin van ontkleuren (van weefsels en andere stoffen); in ’t bijz. : linnen op een grasveld in de zon uitspreiden om het wit te doen worden : linnen bleken, bij wie bleek jij, bij wie laat je de was bleken ?