Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Gepubliceerd op 10-04-2020

Beroerd

betekenis & definitie

Beroerd is eigenlijk het verleden deelwoord van het werkwoord beroeren: aanraken maar beroerd wordt nu alleen nog als bijvoeglijk naamwoord ge-bruikt. De oorspronkelijke betekenis is dus: aangeraakt en wel in het bijzonder: aangeraakt door de hand Gods d.w.z. getroffen door een plotselinge hevige ziekte en wel de ziekte die men nu nog steeds een beroerte noemt, de hersenbloeding.

In deze betekenis is beroerd geheel verouderd. Wanneer men nu in het bijbelboek Job leest: wanneer ik daar aan denk word ik beroerd denkt men alleen aan de huidige in gemeenzame taal gewone betekenis: onwel, naar, ellendig, ziek. De Leidse vertaling heeft dan ook: word ik verbijsterd. Heel gewoon is beroerd ook voor gemeen, slecht. Men zegt: een beroerde kerel, beroerd weer, hij schrijft beroerd enz.