1
Het gebruik van een condoom ter bescherming tegen seksueel overdraagbare aandoeningen (soa), terwijl de vrouwelijke wederhelft reeds de pil slikt.
Dubbelop dus, maar niet dubbelzinnig richting de Nederlander. Voornamelijk vanwege doublé wordt er teruggegrepen op een uitdrukking die is ontstaan in een tijd toen zowel de pil als het condoom nog moest worden uitgevonden en men van aids en hiv geen flauw benul had.
2
In feite is deze uitdrukking de overtreffende trap van that’s all Dutch to me (zie aldaar) ‘het spreken van een onverstaanbare taal’, onder meer door de Nederlanders onderling gebezigd in de tijd dat zij als landverhuizers in Amerika aan de bak trachtten te komen. (Zie Dutch settlers, hoofdstuk 4.) Thans wordt met ‘Dubbel Hollands’ bedoeld het uitkramen van onsamenhangend gezwets, onzin, wartaal of abracadabra.
Een Engelse schrijver gooide er eind achttiende eeuw nog een schepje bovenop en bedacht to talk Double Dutch backwards on a Sunday-afternoon (Double Dutch achterstevoren praten op een zondagmiddag).
3
In en om New York wordt deze bloedserieuze schoolsport zo aangeduid in plaats van met de term Dutch skipping (zie aldaar).
In het Apollo Theater wordt jaarlijks de Dutch Jump Rope Contest gehouden onder supervisie van de National Doublé Dutch League. Lokaal beroemd zijn teams zoals de Ebonettes, de Ford Green Angels en de FiveTown Diamond Skippers.
De Amerikaanse zanger Malcolm Mc. Laren bezingt op de cd Duck Rock dit touwtjespringen in het nummer 'Double Dutch'. Dit lied stond zelfs in 1983 veertien weken in de Amerikaanse top-100.