Synoniemen zoeken
Synoniem van nooit
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
nooit
nooit - op geen enkel tijdstip, is in formele stijl synoniem met nimmer, in archaïstische stijl met te gener tijd en nimmermeer. Wie meent dat 'nooit' voor zijn doel te weinig nadruk heeft, kan zich krachtiger uiten: nooit ofte nimmer, nooit en te nimmer, nooit van mijn leven. Er zijn ook uitdrukkingen die uitsluitend op de toekomst betrekking hebben: met sint-juttemis (als de kalveren op het ijs dansen), met sintjutmis, als de kalveren op het ijs dansen, als de kalfjes op het ijs dansen, als Pasen op een vrijdag valt, als Pasen op Goede Vrijdag valt, als Pasen en Pinksteren op één dag vallen, nooit in deze eeuwigheid en in geen geval. De uitdrukking geen moment benadrukt dat iets zelfs niet gedurende een zeer kort tijdsbestek plaatsvindt.
Zie: nee.
Synoniemen Handboek
Jef Anthierens (1998)
Nooit
Gezegde(s):
• sinds mensenheugenis niet
• in ’t jaar pijpenkop
• van zijn leven niet
• als de regenwormen blaffen
• met Sint-Juttemis
• als de kalveren op het ijs dansen
• met Pinksteren op het ijs
• als de maan drie tuiten heeft
• van Aken tot Pasen
• als de uilen spreken
• morgen, als Kaatje verjaart
• als al je vingeren even lang zijn
• als de katten ganzeneieren leggen
• als het schip met geld komt
• op een blauwe maandag
• als Pasen en Pinksteren op één dag vallen
• toen de koe Bartel heette
• ad calendas graecas
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Nooit
Nimmer, uit nie meer ontstaan, ziet alleen op de toekomst nooit uit ne ooit d. i. niet te eeniger tijd, kan zoowel op het verleden als op de toekomst betrekking hebben.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
nooit
nooit - bijwoord
1. op geen enkel tijdstip
♢ hij heeft nooit geschaatst
1. nooit ofte nimmer
[absoluut nooit]
2. nooit van mijn leven
[absoluut nooit]
2. in geen enkele situatie, in geen geval
♢ dat mag je nooit doen!
1. an me nooit niet!
[dat doe ik beslist niet]
Bijwoord: nooit
Synoniemen
nimmer
Tegenstellingen
aanhoudend, aldoor, almaar, alsmaar, altijd, constant, eens, onveranderlijk, ooit, steeds, voortdurend