Boeken
  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren

 

Synoniemen zoeken

Uitgelicht

Valt op hè?

Ontwerp nu je advertentie. Direct online!

Synoniem van fatsoenlijk

  • achtbaar
  • achtenswaardig
  • attentievol
  • behoorlijk
  • beleefd
  • beschaafd
  • betamelijk
  • billijk
  • correct
  • eerbaar
  • eerlijk
  • ethisch
  • fair
  • gaaf
  • gemanierd
  • gepast
  • geschikt
  • gevoeglijk
  • heus
  • integer
  • keurig
  • kies
  • louter
  • netjes
  • oirbaar
  • onberispelijk
  • onbesproken
  • onomkoopbaar
  • oorbaar
  • oprecht
  • passend
  • rechtgeaard
  • rechtschapen
  • rechtvaardig
  • redelijk
  • respectabel
  • schappelijk
  • schikkelijk
  • smetteloos
  • tactvol
  • tamelijk
  • treffelijk
  • voorkomend
  • wellevend
  • welvoeglijk
  • zedelijk
  • zedig
Synoniem van 'n ander trefwoord
  • achtenswaardig
  • behoorlijk
  • belager
  • beleefd
  • beschaafd
  • correct
  • eerzaam
  • gepast
  • goedgemanierd
  • ketting
  • netjes
  • oprecht
  • redelijk
  • voorkomend
  • welgemanierd
  • zedelijk
  • Betekenis van fatsoenlijk
  • Spreekwoorden met fatsoenlijk
2019-10-24 2019-10-24
Synoniemen woordenboek

Synoniemen woordenboek

Groot Synoniemen- woordenboek

fatsoenlijk

fatsoenlijk - blijk gevend van goede normen in het persoonlijk en maatschappelijk verkeer. Het woord kan slaan op personen en zaken: 'een fatsoenlijke vrouw', 'trek eens een fatsoenlijk hemd aan'. Synoniem zijn net en ordentelijk. Nog meer fatsoen wordt gesuggereerd door keurig en, sterker, keurig-net. Alleen zaken heten decent, welgevoeglijk (formeel), voegzaam (zeer formeel) of, alleen predikatief, netjes.

Zie: behoorlijk ; beleefd; toelaatbaar; zedig.

2017-11-14 2017-11-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief

Nederlands woordenboek voor onderwijs

fatsoenlijk

fatsoenlijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: fat-soen-lijk

1. met goede manieren, zoals het hoort
♢ hij gedraagt zich altijd fatsoenlijk
1. met goed fatsoen
[als je niet uit de toon wilt vallen]
2. er fatsoenlijk van kunnen leven
[met een zekere luxe]
2. aardig, niet uitzonderlijk
♢ je kunt er geen fatsoenlijke koffie krijgen

Bijvoeglijk naamwoord: fat-soen-lijk
... is fatsoenlijker dan ...
het fatsoenlijkst
de/het fatsoenlijke ...
iets fatsoenlijks

Synoniemen
behoorlijk, beschaafd, correct, gepast, keurig, netjes, redelijk, voorkomend, zedelijk

Tegenstellingen
onbehoorlijk, onfatsoenlijk

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
© 2023 Ensie

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Ik ben mijn wachtwoord vergeten