Synoniemen zoeken
Synoniem van doel
Synoniem van 'n ander trefwoord

Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
doel
doel - punt, plaats of voorwerp waarop men schiet, waar men een bal in werpt, enzovoort. Bij het voetbalspel gaat het erom de bal in de goal van de tegenpartij te schieten.
Zie: mikpunt.

Synoniemen Handboek
Jef Anthierens (1998)
Doel
Gezegde(s):
• het is me begonnen om
• in het schild voeren
• op het oog hebben
• dezelfde haas jagen
• alle daarom heeft zijn waarom

Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Doel
Het punt, waarnaar wij doelen of streven, waarop onze handelingen en onze wenschen gericht zijn. Voornemen is niet anders dan het besluit tot de handeling, hetzij die al of niet tot uitvoering komt. Ik heb reeds jaren het voornemen gehad eene reis naar Zwitserland te doen. Opzet is een voornemen, dat zich op iets kwaads richt. Heb ik u beleedigd, dan is het zonder opzet geschied. Plan is hetzelfde als voornemen, maar minder onbepaald; het veronderstelt dat de wijze van uitvoering reeds ontworpen is, zij het ook nog slechts in den geest. Oogmerk onderstelt reeds een begin van uitvoering; het wijst het punt aan, waarop het oog gevestigd is en waartoe de verschillende hande¬lingen zullen moeten voeren; op de keus en de aanwending der middelen heeft men het oog bij bedoeling. Uwe voorkomendheid is zoo ongewoon en in het oog loopend, dat gij daar zeker het een of andere oogmerk mede hebt, ofschoon het mij nog niet heeft mogen gelukken uwe bedoeling te vatten. Tusschen doelwit, mikpunt en doel bestaat dit verschil, dat wij ons naar een doel zelf voortbewegen, het persoonlijk trachten te bereiken, terwijl bij doelwit en mikpunt alleen onze krachten in zekere richting worden aangewend. Het doel, dat Julius Caesar nooit uit het oog verloor, was de eerste persoon in Rome te worden; zich hoe langer hoe meer in de volks¬gunst te dringen was daarom het voornaamste doelwit van zijn streven. Iemand tot het mikpunt van zijne spotternijen maken. Doeleinde is slechts eene versterking van doel, en het meervoud doeleinden doet dienst als het ontbrekende meervoud van dit woord. Een nieuwmodisch zakmes dient tot allerlei doeleinden.

Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
doel
doel - zelfstandig naamwoord
1. wat je wilt bereiken
♢ mijn doel is: een eigen zaak
1. het doel heiligt de middelen
[alles mag als het doel goed is]
2. het doel van de reis
[het eindpunt]
3. doel treffen
[raak zijn]
4. je doel voorbijschieten
[door overdrijven je doel missen]
2. plek waar de bal in moet tijdens het voetbalspel
♢ dat was een schot op het doel
1. in eigen doel schieten
[jezelf benadelen]
2. scoren voor open doel
[op een gemakkelijke manier succes hebben]
Zelfstandig naamwoord: doel
het doel
de doelen
het doeltje
Synoniemen
bedoeling, goal, oogmerk