Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

opdonderen

betekenis & definitie

(donderde op, heeft opgedonderd),

1. eruit zetten, smijten; wegwerken. Hoe dikwijls had ze Agatha niet gewaarschuwd om die vent op te donderen (Vianen 1972: 38).
2. ontslaan. Iemand heeft uitgerekend dat hij de 48ste minister is geweest, die sedert 25 februari 1980 werd opgedonderd ( ) (WS5-10-1985)

.-Etym.: ANo. (onoverg., grof woord) = weggaan.

- Syn. van 1 opduvelen.