: Surinaamse brandewijn (de), (veroud.) rum. Sullende de voorszegde vreemde vaartuygen alleen vandaar [uit Sur.] mogen medenemen meelassis, Zurinaamse brandewijn, gesaagt hout als balken, planken en boomstukken en voorts alle andere waren ende koopmanschappen uyt de Vereenigde Nederlanden op Zuriname gebracht (plak. van 1704; S&dS 254).
Etym.: Gestookt uit suiker, i.t.t. de b. in Nederland die gestookt wordt uit graan. Oudste vindpl. plak. van 1676 (.Zerrenamse brandewijn-, zie S&dS 78).