Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie I
- imminent
- immobiel
- immobiliën
- immobiliënkantoor
- immoraliteit
- immoreel
- immuniteit
- immunologie
- immunotherapie
- immuun
- immuunsysteem
- impact
- impala
- impasse
- impedantie
- impenetrabel
- imperatief
- imperfect
- imperfectie
- imperfectum
- imperiaal
- imperialisme
- imperialistisch
- imperium
- impermeabel
- impertinent
- impetigo
- implantaat
- implanteren
- implementatie
- implementeren
- implicatie
- impliceren
- impliciet
- implosie
- imponderabilia
- imponeren
- impopulair
- import
- important
- importantie
- importeren
- importeur
- imposant
- impost
- impotent
- impotentie
- impregneren
- impresario
- impressie
- impressionisme
- impressionistisch
- impressum
- improductief
- improductiviteit
- impromptu
- improvisatie
- improvisator
- improviseren
- improviste
- impuls
- impulsaankoop
- impulsief
- in
- in no time
- in-
- in-ear
- in-vitrofertilisatie
- inacceptabel
- inachtneming
- inactief
- inademen
- inadequaat
- inauguratie
- inaugureel
- inaugureren
- inbaar
- inbakeren
- inbedden
- inbeelden
- inbeelding
- inbegrepen
- inbegrip
- inbellen
- inbelpunt
- inbeschuldigingstelling
- inbewaringstelling
- inbijten
- inbinden
- inblazen
- inblikken
- inboedel
- inboeken
- inboeten
- inboezemen
- inboorling
- inborst
- inboteren
- inbouwen
- inbox
